Een simpele ijzeren poort met daarachter een pad met twee rijen witte graven aan weerszijde. Exact 255 kruizen en twee grafstenen in de vorm van een davidster. Zo ziet de Poolse Militaire Begraafplaats net buiten het kleine plaatsje Lommel in Limburg eruit. Deze is in 1946 ontstaan op initiatief van de Britse autoriteiten, voor Poolse soldaten die zijn gesneuveld tijdens de bevrijding van België. Hier zijn de stoffelijke overschotten van Poolse soldaten naartoe overgebracht uit verschillende hoeken van het land. Maar niet alle. De gemeenteraad van Tielt protesteerde en weigerde “hun helden af te staan, die een relikwie van de stad waren geworden”. Zij bleven op de plaatselijke begraafplaats. Toch is de naam Tielt opgenomen in de lijst van vele plaatsen op de herdenkingsmuur op het centrale gedeelte van de begraafplaats. Andere steden zijn onder meer Ieper, Gent, Stekene, Roeselare, Merksplas en vele andere. Zij getuigen van de krijgsroute van soldaten die nu rusten in hun graven. Daarnaast staan de emblemen van hun eenheden, de 1e Pantserdivisie van generaal Stanislaw Maczek en de eskaders 302, 308 en 317 van de Poolse Luchtmacht in Groot-Brittannië. De jongste soldaten waren pas 18 jaar oud. Hun offer wordt gesymboliseerd door een marmeren beeld uit 1959 van een vrouw met lauwerkrans, gemaakt door Marian Wnuk.

Iedere september vinden er in Lommel plechtigheden plaats ter nagedachtenis aan degenen die deelnamen aan de bevrijding van Frankrijk, België en Nederland en droomden van een vrij Polen. Zoals hun leider generaal Maczek zei: “Een Poolse soldaat vecht voor de vrijheid van vele landen maar sterft alleen voor Polen.”