De Marollen is een atypische volkswijk in Brussel. De wijk wordt beschouwd als het mekka van de Brusselse ‘zwans’, een vorm van humor vol spot en zelfspot. De wijk heeft ook de reputatie een rebels en weerspannig karakter te bezitten.
Tijdens de oorlog heeft zich in deze wijk één van de meest tragische gebeurtenissen tijdens de bezetting van de hoofdstad afgespeeld. Op 3 september 1942, rond 20u30, werden er 718 buitenlandse Joden opgepakt door de Duitse politie. Sinds het interbellum was de wijk een thuishaven geworden voor een belangrijke gemeenschap van ongeveer 4.000 buitenlandse Joden die de vervolgingen ontvlucht waren. Het waren kleine ambachtslieden. Tezelfdertijd heerste er in de wijk ook veel solidariteit; van hieruit werden ontsnappingsroutes georganiseerd om Joodse kinderen te verbergen. Vandaag vind je in de wijk talrijke gedenkstenen als eerbetoon aan de slachtoffers: 660 van de 718 mensen die op 3 september werden opgepakt, hebben hun deportatie niet overleefd.
In de wijk vonden ook verschillende zwarthandelaars hun toevlucht, vooral dan in de beroemde Radijsstraat, die erom bekend stond dat er – tegen gepeperde prijzen – allerlei voedingsmiddelen aangeboden werden die in het legale circuit moeilijk of helemaal niet te vinden waren.
Bij de bevrijding brengt de Brusselse bevolking een laaiend enthousiast eerbetoon aan de geallieerden en brengt ze ook haar haat tegen Hitler krachtig tot uitdrukking. Op 10 juni 1945 krijgt die haat een speciale humoristische kant met de organisatie van een schijnbegrafenis van de dictator. De bewoners van de Marollen organiseren een begrafenisstoet. Een vrijwilliger, Philippe Lemaître, wordt geschminkt als de Führer in een lijkkist gelegd. De kist wordt op een met rouwkransen versierde kar gezet. Met de clerus en de koorkinderen op kop trekt de stoet door de straten van de wijk onder de hoge bescherming van een zogenaamd Duitse wacht. Vandaag herinnert een tweetalige herdenkingsplaat (Frans-dialect van de Marollen) in de Voorzorgstraat aan dit symbolisch evenement.
Met de steun van de Federatie Wallonië-Brussel en in samenwerking met CEGE-SOMA.